Een halve eeuw liefde voor weidevogels
Johan Andela en Gerrit Jan Hemmink raakten vijftig jaar geleden bevriend tijdens het zoeken naar kievitseieren. Inmiddels zijn ze al jaren boer in het Twentse Vroomshoop. De liefde voor weidevogels is altijd gebleven en ze creëerden op hun bedrijf een waar weidevogelparadijs.
Gerrit Jan en Johan zijn buren. Gerrit Jan heeft 70 melkkoeien en 65 ha land, waarvan 18 hectare bieten. Johan teelt op zijn 15 ha vooral mais. Daarnaast hebben ze samen een maatschap. Ze doen aan verschillende soorten ANLb beheer, maar hun pronkstuk is toch wel een gezamenlijke plasdras.
‘Big five’
Na aankomst in het weidse veenlandschap nemen de vrienden me mee naar een zelfgebouwde vogeluitkijkpost op de zolder van een schuur. Met de verrekijker is het plasdras gebied te zien waar het, tien jaar na aanleg, duidelijk wemelt van de weidevogels. De ‘big five’ van de weidevogels hebben hier hun thuis gevonden: kievieten, grutto’s, tureluurs, scholeksters en wulpen. Sommige in zulke aantallen dat het te druk wordt en ze zich verspreiden naar omliggende weilanden. Als we later naar de plasdras lopen, zien we in het weiland ook patrijzen lopen, zeldzame vogels die het in dit deel van Vroomshoop, mede dankzij het Patrijzenproject van CMO, goed doen (Meer lezen over het Patrijzenproject kan hier).
Zorgen dat de grutto’s hier landen
Johan vertelt hoe het begon. ,,Toen we hier 10 jaar geleden voor het eerst kwamen, vlogen er een paar grutto’s over. Ik zei tegen Gerrit Jan dat als we willen dat die hier landen, we een biotoop voor ze moeten creëren. Dat deden we. We legden een plasdras aan met een, volgens ons, uniek ontwerp: een eiland omringd door een ondiep grachtje dat predatoren zoals steenmarters tegenhoudt.” Een rondje over het eiland levert overtuigend bewijs van het succes van deze biotoop. Het broedseizoen van de kieviet is net begonnen en we tellen nu al 15 kievietsnesten.
Nabootsing van de wadden
,,Landschap Overijssel bekostigde een pomp op zonnepanelen die jaarrond de gracht en wadi van water voorziet”, vervolgt Gerrit Jan. ,,Aan de andere kant van het perceel regelen we het waterpeil via een overloop. Dat laten we in de loop van het jaar steeds verder zakken zodat er altijd slik is waarin voeding voor jonge vogels zit. We hebben eigenlijk een beetje de wadden nagebootst!”, meent Gerrit Jan ,,We denken dat dit watersysteem de reden is dat deze plasdras zo succesvol is. Om de hoeveelheid werk behapbaar te houden, stortten we in de gracht wat beton, zodat we het eiland met de trekker kunnen bereiken. Daardoor is maaien, nadat de jongen zijn uitgevlogen, zo gedaan.”
Zorgen voor weidevogels is niet moeilijk
,,We snappen dat wat wij doen, voor sommige boeren te ver gaat”, gaat Johan verder. ,,Niet iedereen wil een plasdras aanleggen en onderhouden. Dat laatste is belangrijk, want als het te ruig wordt, trekt het predatoren zoals reigers aan. Maar ook op eenvoudigere manieren kun je veel betekenen voor weidevogels. Wij doen, los van deze plasdras, gewoon aan moderne landbouw. We maaien vroeg, maar beschermen wél de nesten. Dat maakt het verschil! Een wintervoedselakker, braakstrook of kruidenrijke akker helpt ook. Door deze relatief simpele maatregelen zitten de weidevogels niet alleen op de plasdras, maar óók op al onze andere gronden. Vorig jaar vonden we in totaal 94 nesten en het aantal is nog steeds groeiend!”
Weidevogelgroep Twistveen
En dat is nog niet alles. Gerrit Jan en Johan helpen daarnaast, als Weidevogelgroep Twistveen, andere boeren om nesten te beschermen. Op omliggende boerderijen leggen zij kilometers af om nesten te markeren op akkers en weidevelden. Hoeveel eieren uitkomen, houden ze bij in de Boerenlandvogelmonitor. ,,We hebben gewoon een tic voor weidevogels”, verklaart Johan zichzelf.”
Natuurbeheer heeft aantrekkelijke vergoeding nodig
,,Vroeger was het meeste dat we voor weidevogels deden hobbymatig of op zijn best kostendekkend”, vertelt Gerrit Jan. ,,Daar zie ik afgelopen jaren verbetering in komen. De subsidies van het ANLb helpen het financieel aantrekkelijker te maken om aan natuurbeheer te doen. En als melkveehouder krijg je van FrieslandCampina iets extra’s bovenop de melkprijs als je aan natuurbeheer doet. Een welkome omzetverhoging, als aanvulling op het ANLb beheer. Dat is een goede ontwikkeling, want investeringen in natuurbeheer moeten wel hun geld opbrengen. Zo zou het in ieder geval moeten zijn!”
Foto: Gerrit Jan Hemmink (l) en Johan Andela (r) in hun vogeluitkijkpost